Klaverplant met wortel |
Stikstof zorgt voor een krachtige groei bij de plant,
planten hebben stikstof nodig om plantaardig eiwit te maken. De plant kan zelf
geen stikstof uit de lucht opnemen. Hier moet ze bij geholpen worden door micro
organisme. Erwten, bonen, linzen en kapucijnen horen tot de familie van de
vlinderbloemigen. Deze plantenfamilie
gaat een samenwerkingsverband ( symbiose) aan met bacteriën van het geslacht
Rhizobium Deze bacterie is in staat om stikstof uit te lucht te binden en als
voedsel beschikbaar te stellen voor de plant, hiervoor krijgt de bacterie in
ruil suiker terug. Deze vrij in de grond levende bacterie gat op de wortel van
de plant zitten, hij infecteert deze en geeft een signaalstof af, de NOD
factor. De plantenwortels herkennen deze signaalstoffen via hun speciale
Nod-factor-receptoren. En worden geactiveerd. De wortelhaar rolt zich om de
bacterie en via een buis word de bacterie tot de plant toegelaten, waardoor het
wortelknolletje ontstaat. De plant bewaakt hierbij de regie.
wortelknolletjes van de Rhizobium bacterie |
Door deze samenwerking beschikken planten van de
vlinderbloemige familie dus over een extra stikstofbron wat de groei ten goede
komt. Het geslacht Rhizobium bestaat uit verschillende soorten van bacteriën.
Elk soort kan in principe samenleven met één bepaald soort vlinderbloemige.
Klaver behoort ook tot de
familie van de vlinderbloemige. Steeds meer wordt klaver ingezet als bemesting
van het land. Dit als alternatief van kunstmest. Geheel nieuw is dit niet.
Tijdens de Franse Revolutie werd
Anne Henriette Francoise Michel, Markiezin Marboeuf, ervan beschuldigd dat zij
een groot aantal hectare had bebouwd met Luzerne in plaats van met tarwe. Hiermee
zou ze voedsel aan het volk hebben onttrokken. Tevens zou ze in afwachting zijn
van de komst van de Pruisen en de Oostenrijkers. Ze werd veroordeeld tot de Guillotine
en op 5 februari 1974 werd haar straf uitgevoerd. Spijtig genoeg had zij juist
de Luzerne bebouwd ter verbetering van de grond.
In de huidige tijd doet een tuinder er verstandig aan om
wisselteelt toe te passen. Dit systeem is voortgekomen uit het vroegere drieslagenstelsel.
In het vroegere Europa brachten de gronden steeds minder oogst op. Men putte de
grond uit door het steeds met de zelfde gewassen te bebouwen. De grond werd eerst
bebouwd met zomergraan (gerst of haver), daarna werd het bebouwd met wintergraan
( tarwe of rogge) en het jaar erop liet men het braak liggen. Langzaam aan werd
er op dit braak liggende land klaver of luzerne ingezaaid om als veevoer te
dienen en het onkruid tegen te gaan. Bovendien bleek klaver de bodem erg te verrijken.
We kunnen stellen dat klaver op zijn retour is. In de afgelopen jaren zijn er diverse
onderzoeken geweest, onder andere of klaver als groenbedekking in de boomgaard
kan dienen om het onkruid te onderdrukken.
Uit een onderzoek van het Louise Bolk instituut bleek dat de
stikstofbinding van klaver nog ver onderschat wordt.
Ken Giller, hoogleraar plantaardige productiesystemen, werkt
aan de teelt van peulvruchten in 7 afrikaanse landen. Hij is leider van het
N2Africa project en houd zich inmiddels al vier jaar hier mee bezig. Door van de wetenschap gebruik te maken, dat bepaalde Rhizobium bacteriën
goed samengaan met bepaalde peulvruchten en dit weer te combineren met grondonderzoek
is men in staat om arme boeren in Afrika te helpen om een hogere opbrengst te
krijgen zonder kunstmestgebruik.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten