vrijdag 21 maart 2014

wilgengier

Het is warm voor de tijd van het jaar. Op vele plaatsen bloeit de Wilg.  Ik ben gek op wilgen, vooral het manlijke soort. De manlijke  katjes bloeien uitbundig met een gele kleur van het stuifmeel. De wilg is een belangrijke drachtplant (boom). Het is juist dit stuifmeel waar mijn bijen in het vroege voorjaar op vliegen.
Het is verstandig om de knotwilg om het jaar te snoeien.  Heb je meerdere knotwilgen staan dan snoei  je ze om en om. De afgezaagde takken gebruik ik in de moestuin. De grote takken dienen als steunen voor de klimbonen, van de kleinere tenen vlecht ik lage hekjes. Onze Vlaamse reus Pim, die helaas pas overleden is, was dol op de takken met het blad. De jonge tenen met katjes staan mooi in een vaas.  Indien je de takken ongeveer een week in het water laat staan, dan kun je het water gebruiken als hulpmiddel  om de plantengroei van andere planten te bevorderen.Ideaal dus om  stekplanten sneller te doen wortelen. 









Auxines zijn een groep plantenhormonen.  Auxine stimuleert de groei van bovengrondse delen.  Ze bevordert het ontstaan van zijwortels. Ze zorgt ervoor dat de plant voldoende zonlicht krijgt en de stengels  groen blijven.  Bij wetenschappelijk onderzoek heeft men uitgevonden dat het gen ACR4 voor deze groei verantwoordelijk is.  Het eiwit zorgt ervoor dat een plantje wat in een armere omgeving is ontkiemd sneller een vertakt wortelstelsel vormt.  Door dit vollere en vertakte wortelgestel kan de plant meer water uit de bodem opnemen en beschikken zo  over de noodzakelijke voeding en mineralen uit de bodem. Nu kan een plant ook een tegengesteld eiwit aanmaken genaamd citokinine. Het eiwit citokinine remt de wortelgroei van de plant. Afhankelijk van de aanwezigheid van citokinine en de signalen die de plant die de plant uit de omgeving opvangt geeft het eiwit ACR4 het startsein voor de vorming van de zijwortelen.






Handig toch, door wat “wilgenthee” bij mijn jonge plantjes te gieten geef ik ze dus wat eiwit ACR4, nu maar hopen dat het werkt.  


dinsdag 31 december 2013

paprika groeit beter in aanwezigheid van basilicum



Dit jaar had ik voor het eerst paprika gezaaid, beter gezegd ik heb de zaden laten voorkiemen en daarna gezaaid. Ergens begin februari heb ik de zaadjes tussen natte koffiefilterzakjes gelegd. Deze zakjes heb vervolgens in plasticzakjes met sluitstrip, z.g. gripzakjes, gedaan en deze boven de verwarming laten kiemen. Het betrof de liebesapfel Topepo Rosso, gekocht bij Vreeken. Ik moet zeggen het viel niet tegen. Iets later dan gepland kwamen de kleine paprika’s eraan. Tot november heb ik er van geoogst. Komen jaar ga ik paprika’s zaaien met basilicum aan hun zijde. Uit onderzoek is vast komen te staan dat paprikazaden beter kiemen met basilicum als goede buurplant.
Planten kunnen elkaar versterken of beconcurreren. Veel planten zijn goede metgezellen en kunnen elkaar letterlijk helpen bij de groei, de vaststelling van de stikstof, het bestrijden van ziekten of het aantrekken van nuttige organisme als zoals insecten of mycorrhiza.  Veel van onze huidige kennis heeft te maken met onderzoek naar de bekende signalen als chemicaliën, licht en aanraking.




Evolutionair bioloog Monica Gagliano en Michael Renton, professor plantbioloog, van de Universiteit van West Australië (UWA) hebben in een recente studie aangetoond dat planten via alternatieve signalen elkaars aanwezigheid kunnen voelen. Zij hebben de bekende signalen onder en boven de grond geweerd. Hiervoor is een aparte acrylaat cilinder ontworpen.
Eerst heeft men in de aanwezigheid van de Capsicum annuum, Solanaceae, paprika/chiliplant Venkel geplaatst. Van de venkelplant is bekend dat hij een negatieve invloed heeft op de groei van naburige planten, juist om deze reden is venkel als slechte buurplant gekozen. Door dit experiment werd aangetoond dat zaden en zaailingen van chili- paprikaplanten in staat zijn om onderscheid te maken tussen de aanwezigheid van  volwassen soortgenoten en een venkel plant.  In de nabijheid van de venkelplant ontkiemden de zaden zich minder goed en/of ontwikkelde de planten zich minder, zelfs al de bekende signalen werden geweerd.

Vervolgens wilde men zien, door middel van het zelfde experiment, of deze zelfde alternatieve signalen plaats vonden als er een goede buurplant naast de chili- paprikaplant werd geplaatst. Als goede buurplant werd gekozen voor basilicum. Basilicum staat bekend om zijn remmende effect op de ontwikkeling van onkruiden  en vanwege zijn vermogen om de grond vochtig te houden en te fungeren als levende mulch.  Dit experiment toonde aan dat er een positief versterkte zaadkieming plaatsvond door de aanwezigheid van de basilicum, zelfs als de bekende signalen werden geblokkeerd.

Aan de hand van deze experimenten kon men vaststellen dat de planten van elkaars aanwezigheid afweten, zelfs als de bekende signalen afwezig zijn. Verondersteld wordt dat er door de plant op celniveau trillingen afgeeft. Met deze veronderstelling wordt de hypothese, dat er akoestische communicatie tussen planten plaats vindt , steeds meer ondersteund



dinsdag 10 december 2013

Peulvruchten en de Rhizobium bacterie.

Klaverplant met wortel
Stikstof zorgt voor een krachtige groei bij de plant, planten hebben stikstof nodig om plantaardig eiwit te maken. De plant kan zelf geen stikstof uit de lucht opnemen. Hier moet ze bij geholpen worden door micro organisme. Erwten, bonen, linzen en kapucijnen horen tot de familie van de vlinderbloemigen.  Deze plantenfamilie gaat een samenwerkingsverband ( symbiose) aan met bacteriën van het geslacht Rhizobium Deze bacterie is in staat om stikstof uit te lucht te binden en als voedsel beschikbaar te stellen voor de plant, hiervoor krijgt de bacterie in ruil suiker terug. Deze vrij in de grond levende bacterie gat op de wortel van de plant zitten, hij infecteert deze en geeft een signaalstof af, de NOD factor. De plantenwortels herkennen deze signaalstoffen via hun speciale Nod-factor-receptoren. En worden geactiveerd. De wortelhaar rolt zich om de bacterie en via een buis word de bacterie tot de plant toegelaten, waardoor het wortelknolletje ontstaat. De plant bewaakt hierbij de regie.
wortelknolletjes van de Rhizobium bacterie
Door deze samenwerking beschikken planten van de vlinderbloemige familie dus over een extra stikstofbron wat de groei ten goede komt. Het geslacht Rhizobium bestaat uit verschillende soorten van bacteriën. Elk soort kan in principe samenleven met één bepaald soort vlinderbloemige.
Klaver behoort ook tot de familie van de vlinderbloemige. Steeds meer wordt klaver ingezet als bemesting van het land. Dit als alternatief van kunstmest. Geheel nieuw is dit niet.
Tijdens de Franse Revolutie werd Anne Henriette Francoise Michel, Markiezin Marboeuf, ervan beschuldigd dat zij een groot aantal hectare had bebouwd met Luzerne in plaats van met tarwe. Hiermee zou ze voedsel aan het volk hebben onttrokken. Tevens zou ze in afwachting zijn van de komst van de Pruisen en de Oostenrijkers. Ze werd veroordeeld tot de Guillotine en op 5 februari 1974 werd haar straf uitgevoerd. Spijtig genoeg had zij juist de Luzerne bebouwd ter verbetering van de grond.


In de huidige tijd doet een tuinder er verstandig aan om wisselteelt toe te passen. Dit systeem is voortgekomen uit het vroegere drieslagenstelsel. In het vroegere Europa brachten de gronden steeds minder oogst op. Men putte de grond uit door het steeds met de zelfde gewassen te bebouwen. De grond werd eerst bebouwd met zomergraan (gerst of haver), daarna werd het bebouwd met wintergraan ( tarwe of rogge) en het jaar erop liet men het braak liggen. Langzaam aan werd er op dit braak liggende land klaver of luzerne ingezaaid om als veevoer te dienen en het onkruid tegen te gaan. Bovendien bleek  klaver de bodem erg te verrijken.

 We kunnen stellen dat klaver op zijn retour is.  In de afgelopen jaren zijn er diverse onderzoeken geweest, onder andere of klaver als groenbedekking in de boomgaard kan dienen om het onkruid te onderdrukken.

Uit een onderzoek van het Louise Bolk instituut bleek dat de stikstofbinding van klaver nog ver onderschat wordt.

Ken Giller, hoogleraar plantaardige productiesystemen, werkt aan de teelt van peulvruchten in 7 afrikaanse landen. Hij is  leider van het  N2Africa project en houd zich inmiddels al vier jaar hier mee bezig.  Door van de wetenschap gebruik te maken, dat bepaalde Rhizobium bacteriën goed samengaan met bepaalde peulvruchten en dit weer te combineren met grondonderzoek is men in staat om arme boeren in Afrika te helpen om een hogere opbrengst te krijgen zonder kunstmestgebruik. 

donderdag 7 november 2013

de kippen gaan dood aan coccidiose

Helaas hebben we van onze vier kipjes nog maar één welsumer kriel over. Na de meivakantie werd er geen ei meer gelegd, vreemd vonden we dit wel, maar tijd om er bij stil te staan hadden we niet. We zijn op vakantie gegaan en opa’s en oma’s zorgden voor het dierenspul. Oma belde op, het ging slecht met Jul. Ze werd steeds dunner. Op een gegeven moment viel ze gewoon om. In plaats van, dat de kippen eieren legden, ging oma nu eieren aan Jul voeren. Maar ondanks alle goede zorgen heeft Jul het niet gered. Net na de vakantie ging Bep de derde heen . We hebben haar met eerbied begraven. Ik kreeg van de kinderen de opdracht geen grapjes te maken. Normaal vragen ze, wat eten we vanavond. Er werd me verteld dat ik die dag beslist niet mocht antwoorden, we eten kip vanavond. Maar nee, daar hoefden ze niet bang voor te zijn. Want onze Bep had geen grammetje vet of vlees meer op haar heupen. Bovendien, dieren met namen die eet je niet. Ik ben opnieuw in de boeken gedoken en heb gezocht op het internet. Toen werd Saar ziek, nu wist ik het zeker het kwam door coccidiose. Symptomen zijn; diaree, een bloederige ontlasting, weinig eetlust, ze drinken niet goed. futloos overkomen, matte verenvacht. Als je zo'n kipje oppakt dan voel je dat ze afgevallen is. Saar had last van diaree, kwam niet levendig over, ze zat een beetje in een hoekje. Snel medicijnen hiervoor gehaald. Dagen lang heb ik haar vertroeteld en gevoerd. Extra kruiken voor de nacht. Het mocht allemaal niet meer baten. Uiteindelijk zat er niets anders op dan Saar uit haar lijden te verlossen. En zo bleef onze Jut alleen over. Een kippenhandelaar uit de buurt zei dat de kippen vermoedelijk ook een darmziekte hadden gehad. Dan is alles van binnen kapot. De eileiders verkleefd en leggen ze geen eieren meer. Dus heb Jut voor de zekerheid maar voor darmziekte behandeld. Jut mag blijven, ook al legt ze geen eieren.

zondag 11 november 2012

Roze knoflook uit Lautrac.

De moestuin ligt er wat verlaten bij, hij heeft de laatste tijd wat weinig aandacht gehad. De pompoen planten en de Oost-Indische kers zijn door de lichte nachtvorst bevroren, ze liggen zielig op het land. Ik heb het grootste gedeelte maar laten liggen, mooie natuurlijke voeding. Ik heb knoflooktenen geplant. Tijdens de vakantie in de omgeving van Albi, bezochten we een vide grenier in het dorp Castanet. Er was een boer die een tafel vol had met bosjes roze knoflook genaamd; Ail Rose de Lautrec. Deze knoflook heeft in 1966 van de franse overheid een kwaliteits aanduiding toegekend gekregen, Label Rouge, het is de enige knoflook die dit predicaat mag gebruiken. Om te kwalificeren voor Label Rouge en IGP Ail Rose de Lautrec, moeten de producenten zich houden aan een strikte specificatie, die eisen specificeert als: de voorwaarden van zaad voorbereiding, de data van het planten , de vruchtwisseling, de hoeveelheid kunstmest, oogstdata, de voorwaarden voor het drogen, sorteren en verpakken. Daar de rose knoflook een stevige stengel heeft die niet goed gevlochten kan worden, worden de bollen traditioneel in bosjes tesamen gebonden (en grappe)verkocht. Elke eerste vrijdag van de maand Augustus vind er een dorpsfeest plaats in Lautrec, het Fete de l'ail rose de Lautrec, waarbij de knoflook centraal staat. Er zijn wedstrijden voor de artistieke composities, het proeven van de roze knoflook soep, Rond de gebonden bosjes en wie de langste streng heeft. Er is een optocht van broederschappen in ceremonieel tenue. Er is een vide de grenier en s'avonds wordt er gedanst en gegeten. Hierbij de link naar een filmpje van You tube gepubliceerd op 6 aug 2012 door La Lautrecoise Ail rose de Lautrec. Verder heeft deze knoflook de toekenning gekregen van Europa van IGP, IGP is een Europese bescherming van een landbouwproduct of levensmiddel: - Geproduceerd in een specifiek geografisch gebied. - Ontwikkeld in de IGP specificaties. - Gecontroleerd door een certificatie-instelling.
http://www.ailrosedelautrec.com http://www.rozeknoflook.nl label rouge en IGP Op een deel van de tuin, waar de pompoen en courgettes stonden, heb ik vorige week winterrogge gezaaid. Wat laat, want voor een goede dichtheid had ik het beter iets vroeger kunnen zaaien. Misschien blijft het weer nog even aan de zachte kant en bevordert dit de groei. Rogge wordt vooral geteeld op zand- en dalgrond. Mijn moestuin ligt op veengrond en ik heb veel last van veenmollen, ik heb gelezen dat veenmollen de net ontkiemde jonge roggeplantjes graag opeten. Al met al wordt het dus afwachten. Omdat ik het als groenbemesting wil verbruiken, zal ik geen stro/aren vanaf kunnen halen, eigenlijk wel jammer want hiervan konden we dan een bijenkorf maken. Hierbij een recept van Hermus&Zandstra Knoflooksoufflé uit Lautrec

zaterdag 19 mei 2012

Een moestuinkas

Zo bezig als een bij, dat ben ik geweest. Op de moestuin waren al meerdere keren kasjes vrijgekomen. Ze gingen echter aan mijn neus voorbij. Zoekend op het internet kwam ik een mooie maat kas tegen. Hij stond er nog maar enkele uren op. Met betrekking tot de planning, kwam het helemaal niet uit. Dat komt het eigenlijk nooit, we hebben het altijd al druk. Eigenlijk had ik besloten met een kasje te wachten. Het deel van de tuin waar de kas moest komen, was net ingericht. Ik had de uien gezet, de slaplantjes stonden er mooi bij. De worteltjes waren gezaaid. De kapucijner-planten groeiden goed. Alleen het weer werkte nog niet mee. Maar het leek echt een hele mooie kas en tot nu toe waren ze steeds verkocht, of niet goed van maat. Ik dacht; ik bel de mensen gewoon op. Ik had geluk, de kas was nog te koop en na de prijs gehoord te hebben besloot ik, verkocht. Een weekje later konden we hem ophalen. De lieve mensen hadden hem al geheel uit elkaar gehaald en foto’s van alle hoeken en zijden per mail aan me toegestuurd. Je kunt maar geluk hebben. Nu het in elkaar zetten nog. De kas was wat groen, waar had ik dat eerder bij gezien. Opnieuw aan de slag met schoonmaak azijn, ik zweer er inmiddels bij. Ook deze kas kwam er als nieuw herboren uit. Het opzetten was een hele klus en ik was blij dat ik hierbij natuurlijk op de hulp van mijn man kon rekenen. Er ontbraken alleen wat haakjes en klemmetjes. Deze hebben we bij Vemakas verkregen. Ook hebben we er nieuwe automatische raamuitzetters opgezet. De kas staat er mooi bij, de ruiten glanzen zo, dat je moet oppassen er niet doorheen te willen stappen. Snel wat oude cd’s er tegen aan gehangen voor de vogels. Het enige wat er nog bij moet, is een mooi schaduwnet.

woensdag 26 oktober 2011

Beleef landleven.

Zaterdag 22 oktober 2011 bezochten Joost en ik “Beleef Landleven” in het openluchtmuseum te Arnhem. Nu waren wij niet de enige die dit deden, want direct bij de afslag naar het museum liep de zaak vast. Nog hoopvol opperden wij dat al die mensen vast niet allemaal naar het Museum zouden gaan. Ruim een half uur later wisten we wel beter. Gelukkig had ik de toegangskaarten reeds in mijn bezit, waardoor we een lange rij voor de ingang, achter ons konden laten. Het was schitterend weer. Mijn interesse ging vooral uit naar een mini workshop kippen houden. Door de drukte was de eerste kans hierop al verlopen. Maar wat een geluk, daar was ook de Folkloristische dansgroep “de Klepperman van Elleven”. Op zo’n mooie dag in het museum kun je daar leuke foto’s van nemen.
link dansgroep Lopend langs de diverse kramen hebben we bij Wijngaardedelandman een mooie aankoop gedaan van een Stockli droogapparaat(kruidendroger). Een mooi apparaat om mijn kruiden en bloemen mee te drogen, maar vooral om lekkere snacks op gezonde wijze te maken. Thuisgekomen ben ik er direct er mee aan de slag gegaan. De potjes met gedroogde Appeltjes, stukjes Ananas en plakjes Banaan staan nu op de plank in de keuken te lonken.
De miniworkshop kippen houden was inderdaad mini. Hij was vooral geschikt voor mensen die nog overwegen om kippen te gaan houden. Bij de kraam met kippen, kon je vragen stellen, maar veel aandacht en rust voor de vragen was er niet. Vooral mijn vragen over cossidiose, bloedluis en andere narigheden was dit volgens mij dus niet de juiste plaats. Blij dat er Google is en dat ik hieruit mijn eigen voortgezette opleiding kippenhouden kan samen stellen.